Assistentiewoningen Toelatings- of ontslagcriteria (beperkt gewijzigd) – De beheersinstantie (dit zijn de perso(o)n(en) die een groep van assistentiewoningen vertegenwoordigen en juridisch kunnen verbinden) mag geen toelatings- of ontslagcriteria hanteren die betrekking hebben op de ideologische, filosofische, politieke of godsdienstige overtuiging van de bewoner, het lidmaatschap van een organisatie of groepering, de financiële draagkracht van de bewoner of de etnische afkomst van de bewoner.
Vrijheid van de bewoners – De bewoner geniet de grootst mogelijke vrijheid, zoals hij vrij is in zijn natuurlijke thuismilieu. De beheersinstantie kan die vrijheid alleen beperken om organisatorische redenen waarover duidelijk gecommuniceerd moet worden.
Vrije keuze van zorg – De bewoner kiest vrij de zorg die hij wil, en de verstrekker van die zorg. De beheersinstantie brengt de zorg in het bereik van de bewoners die er een beroep op kunnen doen telkens dat nodig is. Ze zorgt ervoor dat de bewoners die dat willen, de mogelijkheid hebben om dagelijks minstens een warme maaltijd te ontvangen.
Crisiszorg en overbruggingszorg (nieuw) – De beheersinstantie van een erkende groep van assistentiewoningen moet de bewoners crisiszorg en overbruggingszorg garanderen. Crisiszorg omhelst een onmiddellijke en aangepaste interventie in geval van een noodsituatie die niet vooraf kan worden ingeschat en waarin onmiddellijk zorg moet worden geboden. Overbruggingszorg is aangepaste zorg die aansluit bij crisiszorg en die gedurende een korte periode wordt verleend in afwachting dat de zorg wordt verleend die de bewoner zelf heeft gekozen. De beheersinstantie van de erkende groep van assistentiewoningen kan daarvoor een samenwerkingsovereenkomst sluiten met één of meer zorgverleners of welzijns- of gezondheidsvoorzieningen uit de omgeving, waarin die zorgverleners of voorzieningen zich ertoe verbinden die zorg met voorrang te verlenen.
Noodoproepen voor bewoners (beperkt gewijzigd) – In geval van een noodoproep voor een bewoner, wordt met die bewoner onmiddellijk contact opgenomen en, als dat nodig is, wordt het nodige gedaan om hem onmiddellijk passende zorg te verstrekken.
Veiligheid van de bewoners – De beheersinstantie moet de nodige maatregelen nemen om de veiligheid van de bewoners te waarborgen.
Integratie in de buurt (nieuw)- De groep van assistentiewoningen integreert zich zo veel mogelijk in de buurt.
Woonassistent (nieuw) – De woonassistent van de groep van assistentiewoningen zorgt ervoor dat de bewoners kunnen deelnemen aan activiteiten die de sociale netwerkvorming bevorderen. Hij is minstens eenmaal per week aanwezig in de gebouwen van de groep van assistentiewoningen en hij is dagelijks telefonisch bereikbaar tijdens de kantooruren.
De woonassistent, aan wie het Woonzorgdecreet een prominente rol toebedeelt, is uiteindelijk nauwelijks genormeerd. Over kwalificaties, cumul met andere functies en vooral financiering en subsidiëring bepaalt het Assistentiewoningenbesluit niets. Een en ander houdt wellicht verband met het gebrek aan financiële middelen om deze functie te financieren.
De opdracht die een woonassistent uitvoert in de groep van assistentiewoningen, kan opgenomen worden door het personeel van het woonzorgcentrum, de erkende dienst voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg, het erkend lokaal dienstencentrum of erkend centrum voor kortverblijf, als (1) een erkend woonzorgcentrum, een erkende dienst voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg, een erkend lokaal dienstencentrum of een erkend centrum voor kortverblijf enerzijds en een erkende groep van assistentiewoningen anderzijds in elkaars onmiddellijke nabijheid gevestigd zijn, functioneel een geheel vormen, en door dezelfde rechtspersoon uitgebaat worden, of als (2) beide voorzieningen in elkaars onmiddellijke nabijheid gevestigd zijn en een samenwerkingsovereenkomst hebben gesloten (art. 36 Woonzorgdecreet).
Gebruikersraad (nieuw – opvolger van de bewonersraad) – De beheersinstantie richt een gebruikersraad op die ten minste éénmaal per trimester vergadert. Die raad is samengesteld uit bewoners van assistentiewoningen van de groep of hun vertegenwoordigers. De samenstelling kan veranderen maar de beheersinstantie waarborgt dat de bewoners altijd minstens de helft van de aanwezigen uitmaken. De gebruikersraad kan, op eigen initiatief of op verzoek van de beheersinstantie, advies uitbrengen over alle aangelegenheden die de algemene werking van de groep van assistentiewoningen betreffen. Van de vergaderingen van de raad wordt een verslag opgemaakt dat aan alle bewoners of hun vertegenwoordigers bezorgd wordt. Het Agentschap kan inzage krijgen in die verslagen. De beheersinstantie en de woonassistent van de groep van assistentiewoningen kunnen uitgenodigd worden om de vergaderingen van de raad bij te wonen.
Klachtenbehandeling (beperkt gewijzigd) – De beheersinstantie wijst een klachtenbehandelaar aan. Suggesties, opmerkingen of klachten kunnen rechtstreeks, zowel schriftelijk als mondeling, door de bewoner of door zijn familie of mantelzorger aan die persoon worden meegedeeld. De klachtenbehandelaar verzamelt de ingediende suggesties, opmerkingen of klachten. Het Agentschap kan daarin inzage krijgen. Het gevolg dat aan de klacht wordt gegeven, moet rechtstreeks aan de indiener ervan meegedeeld worden. De beheersinstantie verstrekt periodiek informatie over het klachtenbeleid aan alle bewoners, hun familieleden en mantelzorgers.
Beheer van gelden en goederen (beperkt gewijzigd) – Het beheer van gelden of goederen van de bewoner of het bewaren ervan kan niet aan de beheersinstantie of aan personeel van de groep van assistentiewoningen worden toevertrouwd. Een uitzondering geldt voor de verrekening van kosten die rechtstreeks met het verblijf in de assistentiewoning te maken hebben, volgens de voorwaarden die met de bewoner zijn overeengekomen.
Communicatie met bewoners (nieuw) – De beheersinstantie voert een actieve communicatie met de bewoners en de gebruikersraad over de beslissingen die een impact hebben op de dagelijkse werking van de groep van assistentiewoningen, op de kosten van het verblijf of op de aangeboden zorg- en dienstverlening.
Identificatie van bewoners, contactpersonen bij nood en behandelende arts(beperkt gewijzigd) – Van elke bewoner worden, naast zijn persoonlijke gegevens, de identificatie- en contactgegevens bijgehouden van de persoon die in geval van nood moet worden gewaarschuwd, evenals de identificatie- en contactgegevens van de behandelende arts. De gegevens van de bewoners worden bewaard met respect voor de persoonlijke levenssfeer, zodat alleen personen die daarvoor bevoegd zijn, er toegang toe hebben. De bewoner of zijn vertegenwoordiger heeft altijd recht op inzage in de gegevens die de bewoner rechtstreeks aanbelangen, en op correctie van die gegevens.
Interne afsprakennota (nieuw – opvolger van het reglement van orde) – Uiterlijk bij het betreden van de assistentiewoning bezorgt de beheersinstantie aan de bewoner een kopie van de interne afsprakennota. De hoofdlijnen ervan worden bij voorkeur samengevat in een onthaalbrochure. De interne afsprakennota vermeldt:
de identificatie- en contactgegevens van de groep van assistentiewoningen en de beheersinstantie ervan;
- de bijzondere verblijfsvoorwaarden;
- de omstandigheden die aanleiding kunnen geven tot het verbreken of opzeggen van de verblijfsovereenkomst alsook de procedure voor opzegging of verbreking en de opzeg- of verbrekingsvergoeding;
- de wijze waarop de crisiszorg en overbruggingszorg worden georganiseerd;
- de wijze waarop de gebruikersraad wordt samengesteld en functioneert;
- de procedure voor de behandeling van suggesties, opmerkingen en klachten;
- een verwijzing naar het Agentschap; en
- een verwijzing naar de toepasselijke erkenningsvoorwaarden.
Wijzigingen aan de interne afsprakennota worden vooraf meegedeeld en kunnen ten vroegste dertig dagen na de kennisgeving ervan aan de bewoner toegepast worden. Ze hoeven echter niet langer te worden goedgekeurd door de Vlaamse Regering.
Overeenkomst voor het genotsrecht – De beheersinstantie en de bewoner of zijn vertegenwoordiger ondertekenen een schriftelijke overeenkomst voor het genotsrecht van de assistentiewoning en voor de zorg- en dienstverlening. Die overeenkomst is van onbepaalde duur. De overeenkomst vermeldt minstens:
- de identificatiegegevens van de contracterende partijen;
- het bedrag en de samenstelling van de dagprijs. Als de dagprijs ook de kosten van het genotsrecht van de assistentiewoning dekt, worden de kosten van dat genotsrecht en de kosten van de zorg- en dienstverlening afzonderlijk vermeld;
- de regeling voor de aanpassing van de dagprijs;
- een eventuele voorschotregeling met betrekking tot de dagprijs;
- de assistentiewoning die aan de bewoner wordt toegewezen en de verbintenis van de beheersinstantie om de bewoner geen andere assistentiewoning toe te wijzen, tenzij met zijn uitdrukkelijk akkoord of als het recht van de groep van assistentiewoningen op het gebruik van de assistentiewoning waarin de bewoner verblijft, wordt beëindigd;
- de verbintenis van de beheersinstantie om uiterlijk wanneer de bewoner de assistentiewoning betreedt, samen met de bewoner of zijn vertegenwoordiger, op tegenspraak en voor gezamenlijke rekening, een omstandige plaatsbeschrijving op te stellen die bij de overeenkomst wordt gevoegd (nieuw). Als een omstandige plaatsbeschrijving is opgesteld, moet de bewoner de assistentiewoning teruggeven zoals hij ze, volgens die beschrijving, ontvangen heeft, met uitzondering van wat door ouderdom of overmacht is tenietgegaan of beschadigd. Als geen omstandige plaatsbeschrijving is opgesteld, wordt vermoed dat de bewoner de assistentiewoning ontvangen heeft in dezelfde staat als waarin ze zich bevindt op het einde van de overeenkomst, behoudens tegenbewijs dat door alle middelen kan worden geleverd;
- het bedrag van de waarborg, die niet hoger mag zijn dan dertig keer de dagprijs, en de verbintenis om dat bedrag op een geblokkeerde en gepersonaliseerde rekening te plaatsen, waarvan de opbrengst voor de bewoner is. De waarborg dekt alleen de uitvoering van de bepalingen van de overeenkomst of een eventuele schadevergoeding voor opzettelijk veroorzaakte schade;
- de regelingen van aansprakelijkheid en verzekeringen;
- de diensten en leveringen die aanleiding geven tot de aanrekening van een extra vergoeding;
- het principiële verbod voor de beheersinstantie om gelden of goederen van de bewoner te beheren of te bewaren;
- de verbintenis van de beheersinstantie om, behalve wat de aanpassing van de dagprijs betreft, de overeenkomst alleen met het akkoord van de bewoner of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger te wijzigen. Als de bewoner of zijn vertegenwoordiger niet akkoord gaat met een voorgestelde wijziging, kan de bewoner verder in de assistentiewoning verblijven op basis van de overeenkomst zoals die tot dan toe gold;
- de aanvullende toepassing van de bepalingen van de interne afsprakennota, alsook de regeling voor de wijziging van die afsprakennota;
- de verbintenis van de beheersinstantie om de overeenkomst niet te verbreken, tenzij wegens overmacht of om redenen en volgens de procedure vermeld in de interne afsprakennota;
- de wijze waarop de overeenkomst eindigt of door de bewoner of zijn vertegenwoordiger of door de beheersinstantie beëindigd kan worden, de toepasselijke opzeggingstermijn en de andere vereisten voor een ontvankelijke opzegging.
Elke bepaling van de overeenkomst, of de toepassing ervan, die niet in overeenstemming is met de erkenningsvoorwaarden, is nietig en zonder voorwerp.
Beëindiging van de rechten van de groep van assistentiewoningen op het gebruik van de assistentiewoning (nieuw) – Als het recht van de groep van assistentiewoningen op het gebruik van de assistentiewoning waarin de bewoner verblijft, wordt beëindigd, wijst de beheersinstantie aan de bewoner een andere gelijkwaardige assistentiewoning toe. De beheersinstantie wijst de bewoner bij het betreden van de assistentiewoning op de mogelijkheid dat zijn genotsrecht van die woning om die reden kan worden beëindigd.
Dagprijs (nieuw) – De dagprijs dekt minstens de kosten van de activiteiten van de woonassistent, het gebruik van het oproepsysteem, de garantie van crisiszorg en overbruggingszorg, met uitzondering van de reële kosten van die zorg, en het gebruik en het onderhoud van de ontmoetings- en gemeenschappelijke ruimten. Het gedeelte van de dagprijs dat betrekking heeft op de kosten van de zorg- en dienstverlening, moet gelijk zijn voor alle bewoners van de groep van assistentiewoningen. De dagprijs dekt ook de kosten van het genotsrecht van de assistentiewoning, tenzij de bewoner voor dat gebruik geen kosten hoeft te betalen aan de groep van assistentiewoningen. Die kosten van het genotsrecht van de assistentiewoning moet echter gebaseerd zijn op de reële uitgaven die verband houden met het gebruik van de assistentiewoning. De dagprijs kan in geen geval de kosten dekken van de zorg die de bewoner vrij kan kiezen. Een eventuele aanpassing van het bedrag van de dagprijs wordt vooraf aan alle belanghebbenden bekendgemaakt en gaat ten vroegste in dertig dagen na de kennisgeving ervan aan de bewoner of, in voorkomend geval, aan zijn vertegenwoordiger.
Opzegging (nieuw) – Als de bewoner de overeenkomst wil beëindigen, bedraagt de opzeggingstermijn dertig dagen. Als de beheersinstantie de overeenkomst wil beëindigen, bedraagt de opzeggingstermijn zestig dagen. De termijn gaat in op de eerste dag die volgt op de ontvankelijke betekening van de opzegging aan de beheersinstantie, of aan de bewoner, naargelang het geval. De eerste dertig dagen van het verblijf worden beschouwd als een proefperiode, waarin de opzeggingstermijn zowel voor de bewoner als voor de beheersinstantie wordt beperkt tot zeven dagen.
Gedurende de opzeggingstermijn mag er boven op de verschuldigde dagprijs geen extra opzegvergoeding aangerekend worden, ongeacht wie de overeenkomst beëindigt. Als een assistentiewoning ontruimd en opnieuw bewoond wordt binnen de opzeggingstermijn, kan de dagprijs alleen worden aangerekend tot de dag die voorafgaat aan de nieuwe bewoning.
Opname in een meer passende zorgvoorziening – Als naar het oordeel van de behandelende arts, na overleg met de andere betrokken zorgverleners, de lichamelijke of geestelijke gezondheidstoestand van de bewoner zodanig is dat een opname in een meer passende zorgvoorziening noodzakelijk is, verbindt de beheersinstantie zich ertoe, in overleg met de bewoner en zijn familie of mantelzorgers, te zorgen voor een passend verblijf en de opzeggingstermijn zolang te verlengen.
Overlijden van de bewoner (nieuw) – Het overlijden van de bewoner of, als er meer dan een bewoner is, van de langstlevende bewoner maakt een einde aan de verblijfsovereenkomst. De termijn waarover de nabestaanden beschikken om de assistentiewoning te ontruimen, bedraagt minstens vijf dagen en kan in onderling overleg verlengd worden. Gedurende die termijn mogen geen extra vergoedingen boven op de dagprijs meer aangerekend worden. Als binnen die termijn de assistentiewoning opnieuw bewoond wordt, kan de dagprijs alleen worden aangerekend tot de dag die voorafgaat aan die nieuwe bewoning. Als de assistentiewoning niet binnen de bepaalde termijn ontruimd is, kan de beheersinstantie de assistentiewoning zelf ontruimen en de persoonlijke bezittingen van de overleden bewoner opslaan. Reëel aantoonbare opslagkosten kunnen aan de nabestaanden aangerekend worden.
Facturatie – Op het einde van elke maand wordt voor iedere bewoner of zijn vertegenwoordiger een factuur opgemaakt waarin onder meer de volgende gegevens duidelijk zijn vermeld:
- de identiteit van de bewoner;
- het aantal dagen dat de bewoner die maand in de assistentiewoning verbleven heeft;
- de gevraagde dagprijs met opgave van het gedeelte dat betrekking heeft op het genotsrecht van de assistentiewoning en van het gedeelte dat betrekking heeft op de zorg- en dienstverlening;
- een gedetailleerde opgave van alle extra vergoedingen die boven op de dagprijs in rekening zijn gebracht (aard, aantal, bedrag);
- in voorkomend geval, de al betaalde bedragen voor de afgelopen verblijfsperiode en de te betalen bedragen voor de volgende maand;
- het totale verschuldigde netto bedrag dat de bewoner moet betalen.
Aan de bewoner kunnen geen kosten worden gefactureerd die ten laste zijn van derden.
Rechten van het Agentschap (nieuw) – Het Agentschap is gemachtigd om kennis te nemen van de interne afsprakennota en elke wijziging ervan, het model van schriftelijke overeenkomst, en elke wijziging ervan en de boekhouding en de individuele facturen.
Bron : Eubelius